Al in 2100 voor Christus werd onder de Sumerische heerser Urnammu, prei in de tuinen van Ur geteeld.
Dankzij het vruchtbare slib dat tijdens de overstromingen van de Nijl werd afgezet, konden de Egyptenaren een grote variëteit aan groenten en fruit telen. Knoflook en ui werden het meest gebruikt in de antieke Egyptische keuken. Ze werden klaargemaakt met bonen, kikkererwten en linzen, groene groenten (kool, komkommer, sla, prei, erwten en radijs) en waterplanten (lotus en papyrus).
In graftombes zijn afbeeldingen van prei en vergelijkbare groenten als ui en knoflook gevonden.
Numeri 11, 5
Wij hebben heimwee naar de vis die wij in Egypte voor niets te eten kregen, naar de komkommers en de meloenen, naar de prei, de uien en het knoflook. Prei -‘look’ in oude vertalingen- wordt vermeld als het volk tijdens de Uittocht uit Egypte klaagt over de barre omstandigheden waarin ze zich op dat moment bevinden en terugdenken aan wat ze aten in Egypte.
Ingrediënten
60 g boter
uitjes
specerijen
50 g bloem
1 liter bouillon
2 preien
peterselie
Bereiden
Smelt 60 g boter. Fruit hierin de uitjes en de specerijen.
Strooi daarover 50 g bloem en vermeng met de boter en de uitjes.
Giet er daarna 1 liter bouillon bij en laat het geheel koken.
Snijd twee grote preien in fijne slierten.
Stoof ze zacht met gehakte peterselie in wat boter.
Kook dit nadien nog even op in de soep.
Bron:
www.bijbelaantekeningen.nl
@Bijbel in 1000 seconden, Chantal Leterme,
www.bijbelin1000seconden.be
Copyright: C. Leterme