Amandel
In de bijbel is de amandelboom één van de eerste bomen die in bloeit staat, soms nog met de vruchten eraan. Het is een beeld van bevestiging en uitverkiezing
– Numeri 17 vers 23 en Jeremia 1 vers 11.
Een amandelvormige, ovalen lichtkrans – mandorla genoemd – wordt alléén gebruikt bij afbeeldingen van Jezus en Maria.
Ingrediënten
1 pakje bladerdeeg (10 stuks)
150 g boter
150 g suiker
125 g gemalen amandelen
3 eieren
2 eetlepels bloem
1 gedroogde boon
bakpapier
Bereiding
Rooster de gemalen amandelen in een droge koekenpan tot ze goudbruin zijn.
Klop de boter met suiker tot een zacht mengsel. Roer er stuk voor stuk 2 eieren door.
Zeef de bloem en strooi dat over de amandelen. Spatel dit daarna met de boon luchtig
oor het geheel.
Rol vier plakjes bladerdeeg uit tot een cirkel van ca. 26 cm doorsnee .
Leg deze cirkel op vochtig bakpapier op een bakplaat. Klop het derde ei los en bekleed met
en dele daarvan de bodem.
Verdeel het amandelmengsel over de bodem. Houd 2-3 cm vrij aan de rand.
Rol 5 plakjes uit tot een iets grotere cirkel en bekleed daarmee het vulsel. Druk de rand
an zodat de taart gesloten wordt. Prik enkele gaatjes in het deegdeksel.
Snijd uit het laatste plakje een kroonvorm en leg die op het deksel. Bestrijk de bovenkant
met het resterende losgeklopte ei.
Bak 35 minuten in een op 200 graden voorverwarmde oven.
Bron:
Hemelse Spijzen
Tini Brugge en Gert Vos
Lannoo/Ten Have, 2004.